Na Melanie - 6
Vol ongeduld wachten we de komst van de makelaar af. Het afgesproken tijdstip verstrijkt er wanneer er om kwart over twaalf nog niemand is, besluit Jochem te bellen. "Een misverstand," deelt hij mee als het gesprek beëindigd is. "Ze dachten dat we om twee uur hadden afgesproken."
"Wat nu?"
"We mogen de sleutel halen."
We stappen in en rijden naar het makelaarskantoor van Jochem's vriend.
"Ik vind het jammer dat ik niet mee kan, maar ik heb zo een andere afspraak. Het huis staat leeg, dus neem alle tijd die jullie nodig hebben. Als jullie vragen hebben, bel je maar," zegt Erik-Jan Timmer vriendelijk.
Wanneer we weer buiten staan en de sleutel in mijn handpalm rust, kan ik het niet nalaten een sprongetje van opwinding te maken. Jochem lacht me uit, maar zijn gezicht verraadt dat ook hij razend benieuwd is.
Onderweg naar het huis komt er plotseling een dikke mist opzetten. De enige keer dat ik dat eerder heb meegemaakt, was toen ik als kind met mijn ouders een dag aan zee doorbracht. Het ene moment voelde ik de warmte van de zon op mijn huid branden en het volgende ogenblik werd ik omringd door vocht en kilte. Ik kon niet bevatten waar die vandaan kwamen en keek om me heen in de hoop mijn vader en moeder ergens te ontdekken. "Papa?" Ik begon te lopen in de richting waarin ik hen vermoedde. "Mama?" Mijn stem leek door de nevel te worden opgeslokt. "Papa, mama!" Ik schreeuwde harder, stak mijn handen uit en probeerde het wit opzij te duwen en eraan te ontsnappen. Het hielp niets, mijn wereld werd alleen maar kleiner.